
Sensoa lichtte de DGD-uitgaven voor gezondheid en seksuele en reproductieve gezondheid door.
In 2021 ging 11% van de totale uitgaven van België’s internationale samenwerking naar gezondheid en reproductieve gezondheid. De uitgaven voor reproductieve gezondheid, zoals het voorkomen ongeplande zwangerschappen, moeder- en kindzorg, … stegen, maar de algemene uitgaven voor gezondheid stagneerden. Dat is opmerkelijk, gezien we door de COVID-pandemie net méér steun voor gezondheid verwachtten. Bovendien zijn investeringen in het versterken van gezondheidssystemen noodzakelijk om mensen kwalitatieve seksuele en reproductieve gezondheidsdiensten te kunnen verlenen.
In 2021 ging 11% van de totale uitgaven van België’s internationale samenwerking naar gezondheid en reproductieve gezondheid. De uitgaven voor reproductieve gezondheid, zoals het voorkomen ongeplande zwangerschappen, moeder- en kindzorg, … stegen, maar de algemene uitgaven voor gezondheid stagneerden. Dat is opmerkelijk, gezien we door de COVID-pandemie net méér steun voor gezondheid verwachtten. Bovendien zijn investeringen in het versterken van gezondheidssystemen noodzakelijk om mensen kwalitatieve seksuele en reproductieve gezondheidsdiensten te kunnen verlenen.

De stijging in de uitgaven voor reproductieve gezondheid is toe te schrijven aan de lopende meerjarenprogramma’s van ENABEL in de gouvernementele samenwerking. Ondanks deze stijging is Sensoa pessimistisch. De huidige meerjarenprogramma’s lopen ten einde in 2023 en 2024 en er is geen garantie dat zij vernieuwd worden. Bovendien zien we dat in de nieuwe meerjarenprogramma’s seksuele en reproductieve gezondheid niet langer dezelfde prioriteit krijgen. Waar mogelijk wordt aandacht voor seksuele en reproductieve gezondheid en rechten geïntegreerd, maar het is geen evidentie. Sensoa verwacht dan ook een terugval in de steun na afloop van de bestaande programma’s.
De doorlichting van België’s internationale steun voor de preventie en aanpak van hiv en soa is alarmerend. Géén enkel samenwerkingsprogramma met partnerlanden heeft aandacht voor de aanpak van de hiv-epidemie. België’s steun beperkt zich tot multilaterale middelen die al jaren gestagneerd zijn, ondanks de waarschuwingen van UNAIDS over de groeiende financieringskloof en de effecten daarvan op het terrein.
Terwijl de wereld leek stil te staan door de Covid-19 pandemie, nam de hiv-epidemie in 2021 elke minuut één leven, ondanks het bestaan van effectieve preventie- en behandelingsmiddelen. Eén derde van de mensen die leven met hiv hebben geen toegang tot de levensreddende medicatie en bij kinderen is dat zelfs de helft. In Oost-Europa, Centraal-Azië, het Midden-Oosten en Noord-Afrika en Latijns-Amerika zijn het aantal nieuwe hiv-infecties al tien jaar in stijgende lijn.
Uitgaven voor internationale solidariteit kunnen ook bijdragen aan de aanpak van hiv, zonder dat ze de aanpak van hiv als hoofddoel hebben. Maar ook hier is het aandeel van de middelen die de aanpak van hiv ten goede komen verder geslonken.
De aandacht voor reproductieve gezondheid, de gezondheid van moeders, pasgeborenen en kinderen binnen België’s uitgaven voor humanitaire hulp werd jarenlang zwaar overschat. Zo draagt niet 79% maar slechts 30% van de humanitaire hulp bij tot reproductieve gezondheid en de gezondheid van moeders en kinderen.
Hoe kan het anders? Aan de hand van concrete aanbevelingen legt Sensoa dat uit in haar rapport. Het pas verschenen rapport is beschikbaar in het Nederlands en het Frans.
De doorlichting van België’s internationale steun voor de preventie en aanpak van hiv en soa is alarmerend. Géén enkel samenwerkingsprogramma met partnerlanden heeft aandacht voor de aanpak van de hiv-epidemie. België’s steun beperkt zich tot multilaterale middelen die al jaren gestagneerd zijn, ondanks de waarschuwingen van UNAIDS over de groeiende financieringskloof en de effecten daarvan op het terrein.
Terwijl de wereld leek stil te staan door de Covid-19 pandemie, nam de hiv-epidemie in 2021 elke minuut één leven, ondanks het bestaan van effectieve preventie- en behandelingsmiddelen. Eén derde van de mensen die leven met hiv hebben geen toegang tot de levensreddende medicatie en bij kinderen is dat zelfs de helft. In Oost-Europa, Centraal-Azië, het Midden-Oosten en Noord-Afrika en Latijns-Amerika zijn het aantal nieuwe hiv-infecties al tien jaar in stijgende lijn.
Uitgaven voor internationale solidariteit kunnen ook bijdragen aan de aanpak van hiv, zonder dat ze de aanpak van hiv als hoofddoel hebben. Maar ook hier is het aandeel van de middelen die de aanpak van hiv ten goede komen verder geslonken.
De aandacht voor reproductieve gezondheid, de gezondheid van moeders, pasgeborenen en kinderen binnen België’s uitgaven voor humanitaire hulp werd jarenlang zwaar overschat. Zo draagt niet 79% maar slechts 30% van de humanitaire hulp bij tot reproductieve gezondheid en de gezondheid van moeders en kinderen.
Hoe kan het anders? Aan de hand van concrete aanbevelingen legt Sensoa dat uit in haar rapport. Het pas verschenen rapport is beschikbaar in het Nederlands en het Frans.

sensoa_oda-rapport_nl.pdf |

sensoa_oda-rapport_fr.pdf |